Harsbouterdorp. Het laatste optreden van de duodichters Kila&Babsie als dorpsdichter van Harsbouterdorp bracht veel mensen op de been. Iedereen wilde ze nog een keer horen of zien. Gelukkig regende het niet en konden de kabouterdichters buiten,
in de vrije natuur, optreden. Begeleid door kabouter Rick op zijn kabouter- en grotemensenguitaar lieten ze ook een aantal van de oudere "Harsboutergedichten" horen. Onder luid applaus besloten ze hun optreden met het 7e en laatste gedicht.
Het laatste gedicht voor Harsbouterdorp
De bomen treuren zonder geluid.
Het pad schoffelt zichzelf niet meer.
De
dieren zwijgen.
De bloemen zijn verdord.
Na middagen vol puntmutsen,
vol woorden heen en weer,
is het tijd voor een nieuw seizoen,
tijd voor nieuwe stemmen.
Kiemen komen uit de grond en heel het bos wordt voller.
Het Kila&Babsie-pad zal blijven kronkelen,
tussen verhalen,
gedichten, bewoners.
En meer nog dan eerst
zullen we er altijd zijn,
genietend, dichtend,
voor altijd klein.
Zaterdag 16 januari 2016, half vier. Op een laag tafeltje, vol etsinktvlekken, droegen onze duodichters Kila&Babsie het 7e "Harsboutergedicht" voor. De film over de kunstenaars, van de tentoonstelling "Boerderijdieren in de kunst", was het onderwerp
van hun gedicht. Hieronder kun je het lezen.
Boerderijdieren
in de kunst
vanuit de auto
een huiskamer
in de hoek
staan gele bloemen
en een kat
aai de vogel
streel zijn rug
een keurige kleitafel
met daarop
een ademende kat
en een rustende koe
biggen kleuren langzaam
roze
het rad draait
zacht een boerderij
de hand creëert een landschap
een kip
een telefoonboek
een molen
een
hondje in het hok
drie kuikens en een ui
de seventiesgordijnen
verraden een sfeer
waarin dieren binnen
tot leven komen
en
buiten de muren
hun eigen weg gaan
Kila&Babsie – dorpsdichters van Harsbouterdorp.
Zesde Harsboutergedicht.
Voor het zesde Harsboutergedicht hadden Kila&Babsie een hulpkracht opgetrommeld. Kabouter Rik de Winter zorgde voor de muzikale noot. Voor de gelegenheid had hij een piepklein kaboutergitaartje
bij zich. Met fijne, lieflijk het bos in fladderende, noten begeleidde hij het kabouterduo. Het applaus was luid en duidelijk toen de laatste woorden en tonen in het kabouterbos verdwenen waren. (13 juni 2015)
De zon komt op,
zingt
zacht over het meer.
De vogels ontwaken
en zingen.
Krokussen klimmen
uit hun slaap,
wiegen hun stelen
tot dans.
Kikkers komen
boven water,
kwaken de tonen
van morgen.
Narcissen neuriën
hun kleuren wakker.
Een haas hamert
zijn familie bijeen.
De duiven dansen,
bespelen
hun veren.
En de kabouter
die fluit
het lied van de dag
in het koor
en orkest
van het bos.
Kila&Babsie
Vijfde Harsboutergedicht.
Het was 8 november 2014 en het leek wel lente. Een zonnetje. Twee kabouters op een picknicktafel. Veel mensen zonder jas buiten. Twee stemmen die klonken. Na afloop aplaus. Kila&Babsie
droegen hun 5e Harsboutergedicht voor. Hieronder kun je het nalezen.
Geef mij iets
dan geef ik jou kleur
een deel van mij
dat ik hier vind
gekneed
tot een sculptuur
een beeld,
een vorm,
een betekenis.
Geef mij iets
dan maken we samen
niet zwaar of moeilijk
maar fijn en licht
een beeld,
twee beelden,
dan geven we iets
aan elkaar.
Vierde Harsboutergedicht.
Op zaterdag 17 mei 2014 was het dan zover, het vierde Harsboutergedicht werd door Kila&Babsie
bij de kabouterwagen voorgedragen. Kila vertelde dat ze bij de kabouters op bezoek waren geweest. "Toen zeiden ze ons, ging Kila verder, dat ze erg aan vakantie toe waren. En daar gaat ons gedicht over."
Op de foto's kun je zien dat
er veel publiek was en dat ze door wel 2 filmploegen werden gefilmd. Daarna was het tijd voor de onthulling van een padnaambord. Het eerste pad, met een naambord, heet voortaan KILA&BABSIEPAD.
Hieronder staat het 4e Harsboutergedicht.
Hangmatten beslapen.
Wanneer de zon het bos verlicht
en warmte telkens vaker
gesloten ogen bereikt
dromen we weg
naar rode zeebolletjes
die een duik nemen
en rietstengels dragen
om te ademen.
We proberen onder water te blijven
in de luwte,
in de rust van de zee,
de kalmte van het meer.
De zalmen zingen om ons heen,
het wier danst rustig
een soort van wals.
Zwemmen tot we bij de kust zijn,
rusten
als de zon zich verstopt
en de schildpadden verschijnen,
dan de hangmatten beslapen.
Derde harsboutergedicht.
Negen november 2013, om half 4, droegen Kila&Babsie hun derde harsboutergedicht
voor. Aan het eind werden ze met gejuich en een klaterend applaus bedankt voor hun mooie gedicht. Hieronder kun je het nog even nalezen.
Het circus.
Grote blikken kleurmachines
Met vier rubberen manen
en twee grote zonnen
vermenigvuldigen zich
langs het bos.
Geroezemoes, gelach.
De zonen
zetten koffie,
de dochters zetten thee,
de vrouw lacht hartelijk,
de mannen lachen mee.
Het volk vermenigvuldigt zich,
geroezemoes
zwelt aan.
Twee meisjes
staan op krukken,
vertellen iets aan de groep.
Op hun hoofd
een muts van ons,
maar
groter.
Af en toe stapt er iemand
langs ons,
lacht, fronst, kijkt verbaasd
en trapt de bladeren plat.
Het circus
lijkt om ons te gaan,
maar gaat tegelijkertijd langs ons heen.
We blijven kalm,
blijven statig staan.
Het wordt vanzelf weer donker.
Eerste harsboutergedicht.
Zaterdag 8 november 2012 werden Kila&Babsie tot dorpsdichters van Harsbouterdorp gepuntmutst. In Galerie Zuid droegen ze hun eerste gedicht voor. Een grote groep mensen stond met open mond
te luisteren naar de twee kabouterdichters. Na afloop klonk er een luid applaus. Nou zullen jullie zeggen: mensen, mensen ..... waren er dan geen kabouters onder het publiek?
We hebben het kabouter Burg Meester gevraagd en die zei
het volgende:
"Zoals jullie wel weten zijn de kabouters 's nachts druk aan het werk, muziek maken, feesten, kletsen enzovoort. Overdag zijn ze moe en doen ze allemaal een dutje".
Het eerste gedicht van de nieuwe
dorpsdichters:
Verwondering
Ik ontwaak, sta op en zie
iemand heeft het beste met ons voor.
Een kunstenaar.
De wereld gaat van groen naar oranje naar rood.
jong naar oud naar dood.
Het landschap boetseert
zichzelf.
Iedere dag één erbij, eraf,
maar niemand ziet ooit de kwast.
Een muzikant.
Hoe alles stijgt van stil naar druppel,
van ruis naar ritsel.
De wind die alles anders vormt.
Een danser.
Nieuwe huizen
uit de grond geschoten.
Gevleugeld volk vertrekt.
Zon maakt plaats voor natte laarzen in de gang.
Staan wij niet stil
of wordt alles om ons heen bewogen?
Alles valt.
Bladeren, regendruppels, regenbogen,
de wind, de zon, de
nacht.
Tweede harsboutergedicht.
Zaterdag 18 mei lieten de duodichters kabouter Kila&Babsie hun tweede harsboutergedicht horen. Met een klaterend applaus beloonden de vele luisteraars ze voor hun mooie gedicht over de maand
mei. Het gedicht dat ze maakten is een kabouterweergave van het gedicht "Mei" dat Herman Gorter lang geleden maakte. Hieronder kun je het nog een keer nalezen.
Mei
Een nieuwe lente en een nieuw geluid:
we willen dat dit vers klinkt als het gefluit,
dat je hoort in het bos, in de nacht,
naast het dorp, als je lang genoeg wacht.
Een geluid in het donker, eerst 't gekraak,
de verbazing, het zoeken, vervolgens de spraak:
gefluit, ietwat zacht, een piepje, heel fijn,
dan onderzoekend vooruit, want o zo klein
je ook bent, je ziet en voelt meteen
dat dit een andere wereld is dan toen je alleen
in je ei zat, zonder vleugels, een vogelkind.
Nu ruik je de bomen, nu voel je de wind,
nu ben je deel van dat wat daar overal
om je heen naar je roept, wat later worden zal
wat jij je thuis noemt en dan weer, onbewust
fluit je van blijheid, verstoor je de avondrust,
van de bewoners, die na hun avondmaal
luisteren naar een oud verhaal,
van een nieuwe lente en een nieuwe geluid,
en dan opkijken richting jouw gefluit.